Lancia Ypsilon Gold 0.9 TwinAir 85 S&S 2011 – autotest

 

Deze testauto werd ons aangeboden door Fiat Group Automobiles Netherlands B.V.



whY?
Toen ik de titel van dit testverslag had verzonnen kon ik nog niet bevroeden wat er allemaal zou gebeuren tijdens de testweek van deze Lancia Ypsilon 0.9 TwinAir Stop&Start Gold. Het verbruik bleek over de hele linie zo absurd hoog – zelfs na de zuinigheidsrit – dat ik me er geen raad mee wist. Dat hoge verbruik kan natuurlijk exemplarisch zijn, en om dit uit te sluiten heb ik een nog een Lancia Ypsilon 0.9 TA aangevraagd. Het verbruik van deze auto bleek na de zuinigheidsrit zelfs nog hoger te zijn. Ik heb toen in mijn wanhoop contact gezocht met Ronald Vermeulen van Vireo Auto, want ik vond dat ik dit testverslag niet kon publiceren zonder dat ik een verklaring had voor dat absurd hoge verbruik. Helaas is Ronald er nog steeds niet uit, maar ik heb met hem afgesproken dat als hij iets vindt ik het hier direct meld. Dit is dus de reden dat dit testverslag pas bijna 3 maanden na dato wordt gepubliceerd. Mijn excuses hiervoor, maar de nieuwsgierigheid van het willen weten waarom wint het bij mij altijd van het domweg constateren, klakkeloos opschrijven en publiceren. Dat laatste is zo ontzettend makkelijk, maar tegelijkertijd in mijn ogen zo verschrikkelijk zinloos. Een autojournalist hoort te onderzoeken anders kun je het woord “testen” beter vervangen door “gebruiken”! De online van Dale zegt hierover: ge·brui·ken gebruikte, h gebruikt 2 besteden: zijn tijd goed gebruiken. Om heel eerlijk te zijn kan ik mijn tijd veel beter gebruiken dan een paar rondjes om de kerk te rijden, een paar statische flutfoto’s te schieten en een meningloos A4-tje te publiceren. Uiteraard wordt het mij zeer kwalijk genomen dat ik dit soort dingen schrijf over de Nederlandse autojournalistiek. Ik lees daarom zo af en toe wel eens wat ze over mij schrijven op de autoforums. Het grappige is dat er mensen zijn die mij voor van alles en nog wat uitmaken, maar als ik op de online van Dale kijk wat forum betekent dan lees ik daar: fo·rum het; o -s, fora 1 groep deskundigen die met het publiek discussiëren over een bep. kwestie: ~discussie. Een echte deskundige (zoals bijvoorbeeld Ronald Vermeulen) scheldt volgens mij nooit en te nimmer, maar onderbouwt zijn mening met feiten.

Lancia is net als Maserati een automerk met een speciale zweem van vaagheid er omheen. Lancia leek langzamerhand in de vergetelheid te raken maar sinds de lancering van de nieuwe Lancia Delta lijkt Lancia weer helemaal terug. Lijkt want ineens is daar de versmelting van het Italiaanse automerk Lancia met het Amerikaanse automerk Chrysler. Verstandig? De tijd zal het leren maar ik ben toch vrij sceptisch. De Lancia Ypsilon, de Lancia Delta, de Lancia Thesis en de nieuwe Lancia Stratos (ik kon het niet laten op de foto de oude te zetten) zijn voor mijn echte Lancia’s. De andere modellen zijn voor – dit is mijn puur persoonlijke mening – mij geen Lancia’s. Lancia staat bij mij vooral voor sjiek, en in het geval van de Stratos voor sjiek, primitief en beestachtig tegelijk. Dat Fiat de automerken Lancia en Maserati in leven houdt kan ik goed begrijpen. Dat de motorblokken afkomstig zijn van dan wel gemaakt worden door Fiat/Ferrari doet daar niets aan af. De Lancia Delta met 1.9 liter twin-turbo dieselmotor is één van de sjiekste en leukste dieselauto’s die ik ooit gereden heb. Toen ik foto’s van de nieuwe Lancia Ypsilon zag was ik blij, eindelijk een nieuwe sjieke(!) kleine auto erbij. Want wees eerlijk de kleine auto’s beginnen intussen wel heel erg op elkaar te lijken. De nieuwe Lancia Ypsilon is wat dat betreft dan ook een verademing. Vooral het neusje van deze nieuwe Lancia Ypsilon vind ik erg fraai.

Dat neusje!
Bij “dat neusje” moet ik trouwens altijd denken aan Panoramix die naar de neus van Cleopatra kijkt. De neusjes van de Alfa Romeo modellen zijn fraai maar die van de Lancia modellen zijn toch net wat fraaier. Omdat mijn Lancia nog niet gearriveerd was vrijdagochtend ben ik even op de koffie gegaan bij de bewoners van Oostergeest, een landgoed in Warmond waar ik een foto mocht maken van de Jaguar XJ. Ik had voor ik vertrok nog wel even door de garage gelopen bij de importeur, en had toen een zeer sjieke bruine Lancia Ypsilon zien staan. “Nou die zou ik ook wel heel graag willen testen als dat mogelijk is”, heb ik toen tegen een medewerker van Fiat gezegd. En zie daar anderhalf uur later werd ik tijdens de koffie in Warmond gebeld dat ik de bruine Lancia Ypsilon (een andere auto dus dan die oorspronkelijk voor mij gereserveerd stond) op kon komen halen. Ik had geen idee of ik de 1.2 liter BiFuel mee zou krijgen of de 0.9 liter TwinAir. Het bleek de laatste te zijn met het TwinAir motorblok, een motorblok dat ik reeds ken uit de Fiat 500C. Qua gewicht schelen de Fiat 500C TwinAir en de Lancia Ypsilon trouwens niets, iets van 5 kilogram ten nadele van de Lancia Ypsilon. Ik was dan ook zeer benieuwd hoe de wegligging van de Lancia Ypsilon zich zou verhouden ten opzichte van de Fiat 500C TwinAir. Na amper 50 meter (na de slagboom volgt meteen de eerste haakse bocht) voelde ik al dat de vering net zo, zo niet nog comfortabeler is dan die van de Fiat 500C TwinAir. Om heel eerlijk te zijn vind ik de veren (zowel aan de voor- als de achterkant) wel heel erg zacht, dat had wat mij betreft best iets minder gemogen.

Met de 0.9 over de A9
Zoals ik al schreef is er direct na de slagboom een haakse bocht en meteen daarna een paar mooie rotondes, tenminste als je voor de A9 richting Amsterdam/Den Haag kiest. Toen ik bij de tweede rotonde de oprit naar de A9 nam reed er een Mercedes taxi voor mij. De beste man had haast, zoals alle taxichauffeurs, en dus heb ik meteen maar even uitgetest of de Lancia Ypsilon aan kon pikken bij deze dikke Mercedes. Dat bleek geen enkel probleem te zijn, even stevig doortrekken in de tweede versnelling en ik zat al snel achter de Mercedes. Onder de 3.000 toeren gebeurt er echt helemaal niets, om een beetje op te schieten moet je dus toeren maken. Het grappige is dat je eigenlijk altijd een versnelling lager moet rijden dan je normaal gesproken zou doen maar daarover later meer. De bocht van de A9 naar de A4 is een hele lange flauwe bocht waar ik altijd met een behoorlijke snelheid doorheen rijd. Ik kom het regelmatig tegen dat automobilisten bijna letterlijk staan te kamperen in deze mooie bocht. Als je zo bang bent om auto te rijden kun je volgens mij maar beter je roze pasje/papiertje inleveren. Eenmaal op de A4 heb ik meteen de cruise control aangezet, ik blijf dat toch heerlijk vinden op een auto. Gewoon lekker 100 km/u rijden (in de vierde versnelling!) op de rechterbaan dan moet iedereen mij inhalen, en kan ik lekker rustig naar mijn MP3-muziek op mijn USB-stick luisteren. De audio-installatie is trouwens één van de betere die ik in een compacte auto als deze tegen gekomen ben.

Wat kies ik?
Op grond van de shift-indicator zou je al naar de vijfde versnelling moeten schakelen op het moment dat je nota bene in de vierde versnelling het idee hebt dat je te laag in toeren rijdt. Mijn advies is dan ook om niet op de shift-indicator te letten maar gewoon op je gevoel te rijden. Eigenlijk komt het erop neer dat je altijd één versnelling lager moet rijden dan dat je normaal gesproken zou doen. Dan draait het TwinAir-motorblok het lekkerste rond, rond de 2.000 toeren voel je gewoon dat het motorblok het niet naar zijn zin heeft. Zo kun je met het grootste gemak 100 km/u rijden in de vierde versnelling. Meestal schakelde ik pas bij 120 km/u over naar de vijfde versnelling. In de Eco-stand heeft het TwinAir motorblok minder vermogen en koppel. Ter vergelijk: Normaal-stand/Eco-stand = 85/77,5 Pk bij 5.500 toeren en 145/100 Nm bij 1.900/2.000 toeren. Meestal wisselde ik beide standen af tijdens het rijden. Tijdens het optrekken bij stoplichten of wanneer ik een oprit van de snelweg op reed deed ik dat meestal in de Normaal-stand. Zodra ik dan weer met een constante snelheid op een provinciale weg of de snelweg reed schakelde ik weer over op de Eco-stand, en zette ik meestal ook de cruise control aan. Lees het testverslag van de Fiat 500C TwinAir er nog maar eens op na, daar ben ik ook wat dieper in gegaan op de techniek van het TwinAir motorblok inclusief een fraai ghostview-filmpje van een draaiend TwinAir-motorblok.

Klinkers en drempels
De eerste paar uur heb ik het lekker rustig aan gedaan, gewoon even rustig genieten van het fraaie interieur en de muziek. Eenmaal in Leiden ben ik via een omweg naar het zwembad gereden. Vanaf Leiderdorp ben ik via de Kanaalweg in Leiden naar het treinstation aan de Lammenschans gereden. Daar ligt een mooie klinkerweg met een paar zeer vervelende verkeersdrempels. Hier is de comfortabele vering/demping juist een groot voordeel alhoewel ik blijf vinden dat het té comfortabel is. Met iets hardere veren, en schokdempers met meer uitgaande demping, moet het veel beter te krijgen zijn. Veel automobilisten denken namelijk dat een sportievere vering/demping automatisch minder comfort betekent, maar dat is dus een hele grote misvatting. Laats heb ik hier nog een hatchback getest op deze klinkerweg met sportievere veren en schokdempers met meer uitgaande demping en dat voelde veel beter aan dan deze Lancia Ypsilon. Vering/demping is bij veel autofabrikanten nog steeds een sluitpost en dat vind ik jammer. Toch viel de wegligging mij ondanks de comfortabele vering/demping uiteindelijk meer mee dan tegen. Op de laatste dag heb ik nog even een zuinigheidsrit gedaan en dan moet ik na het tanken de oprit bij ‘t Heen nemen om thuis te komen. Ik heb toen in de tweede versnelling het gas er vol opgezet in de opritbocht en tot mijn verbazing bleef de Lancia Ypsilon behoorlijk netjes op zijn lijn. Het valt dus mee maar dat het veel beter kan blijft voor mij als een paal boven water staan!

Advies van de expert en dure pret
Omdat ik dolgraag wat meer wilde weten over het tunen van het TwinAir-motorblok ben ik op dinsdag 9 augustus op goed geluk naar Vireo Auto in Houten gereden. Ik had mazzel want Ronald – de huistuner van Vireo Auto/Savali – was net één dag terug vakantie. Nou wist ik al dat het TwinAir-motorblok rond de introductie reeds de nodige updates had gehad, maar veel meer dan dat wist ik er ook niet van. Ronald wees me direct na het openen van de motorkap op de piepkleine turbo. De grote vraag is natuurlijk of en hoe lang die heel blijft met een hogere turbodruk. Ronald heeft al wat lichte tuningswerkzaamheden verricht aan het TwinAir-motorblok maar écht veel ervaring heeft hij er dus nog niet mee. Maar gezien de ruime ervaring die hij reeds heeft opgebouwd met het tunen van de 1.4 liter viercilinder MultiAir-motorblokken zal dat geen enkel probleem zijn. De grote vraag voor mij is vooral hoeveel koppel het TwinAir blok erbij krijgt tussen de 2.000 en 3.000 toeren. Onder de 3.000 toeren voelt het TwinAir-motorblok namelijk nogal dood aan. Volgens mij levert het monteren van een iets grotere turbo en daarna een middelzware tuning het meeste op. Ik heb al wat verhalen gelezen van andere tuners maar persoonlijk heb ik het meeste vertrouwen in Ronald. Ik heb al zoveel tuners ontmoet met een grote mond en mooie praatjes, maar daar heb ik dus niet zoveel mee. Ronald is meer iemand die eerst alles heel geduldig goed uitzoekt, en dan van alles uitprobeert op de bij Vireo aanwezige vermogensbank. Dat is een eigenschap die ik niet veel tegenkom maar voor mij heel erg belangrijk is. Bovendien is Ronald altijd netjes en beleefd en neemt hij altijd de tijd voor mij, dat kan ik van die arrogante en onbeschofte popi jopi’s bij Ziptuning niet zeggen.

Launch control
Soms kom ik tijdens het testen dingen tegen waarvan ik echt niet weet wat ik ermee aan moet. Zo ontdekte ik stom toevallig dat als ik het gaspedaal van de Lancia Ypsilon in de eerste versnelling op de bodem trapte het TwinAir motorblok niet meer dan 3.000 toeren wilde maken. Afijn er zit dus een soort launch control op deze Lancia Ypsilon, best handig tijdens een stoplichtsprintje en daar heb ik er heel wat van gedaan. Het blijft ongelofelijk leuk om zonder het lezen van het instructieboekje dit soort grappige dingen te ontdekken. Ik heb trouwens in geen enkel testverslag van een Nederlands automagazine iets over dit ‘launch control’ gelezen. Uiteraard ben ik even op YouTube gaan zoeken of ik een filmpje kon vinden over deze grappige ‘launch control’ op de Lancia Ypsilon. En geloof het of niet maar ik vond inderdaad een filmpje, nota bene een Nederlands gesproken filmpje van een autodealer uit het zuiden des lands.

Filmpje ‘launch control’ Lancia Ypsilon 0.9 TA

http://www.youtube.com/watch?v=tY-dtugCSm4

Uitermate teleurstellende zuinigheidsrit
Na het veel te hoge verbruik van 1:12,5 (geen Eco-stand!) was ik uiteraard zeer benieuwd waar ik op uit zou komen tijdens de zuinigheidsrit in de Eco-stand. Op zich had ik wel een beetje hoop dat ik in ieder geval boven de 1:20 uit zou komen, maar gezien de 1:14 (geen Eco-stand!) bij netjes rijden had ik weinig hoop op een goede afloop. De 1:31,7 die ik met de Fiat 500C 0.9 TA had gehaald in de Eco-stand lijkt heel ver weg voor de Lancia Ypsilon 0.9 TA. Maar okay er is maar één manier om uit te vinden hoeveel deze Lancia Ypsilon 0.9 TA verbruikt en dat is mijn vaste zuinigheidsroute rijden. Benzinetank vol gegooid bij ‘t Heen in Katwijk, de Eco-stand geactiveerd, N206 opgereden, cruise control aan, lekker muziekje erbij en gaan met die banaan. Alles ging heerlijk tot er plotseling op de bomenweg in Vogelenzang vlak na een bocht een vuilniswagen stond. Ik moest vol in de remmen of ik nou wilde of niet want er kwam een auto vanuit de tegengestelde richting, dus inhalen was onmogelijk. Daarna leek het allemaal weer goed te gaan en zelfs op de beruchte T-splitsing hoefde ik niet te remmen.

Tot aan de rotonde bij Overveen reed het heerlijk door, maar ik reed wel consequent een versnelling lager dan de shift-indicator aangaf. Het leek zowaar bij één keer remmen te blijven maar in de bocht na het Texaco-pompstation, vlak naast het circuitpark Zandvoort, kwam er plotseling een scooter recht op me afgereden. Razend snel stuurde ik naar links maar veel ruimte had ik niet want er kwam net een auto mij tegemoet. Achteraf snapte ik de actie van de scooterrijder pas. Er stond een auto van rechts die mij voorrang moest geven gedeeltelijk op de weg. Ik had daar geen last van maar de scooterrijder wel, en die wilde dus om de auto heenrijden. Op zich niet erg zij het dat de scooterrijder aan de verkeerde kant van de weg reed dus hij was hartstikke fout. De adrenaline spoot zowat uit mijn ogen kan ik je vertellen, en toch lukte het me op op het laatste moment niet op de rem te trappen maar er in een flits omheen te sturen! Als ik op de rem had getrapt – vaak in een reflex je eerste reactie – was het waarschijnlijk anders afgelopen vrees ik. Daarna moest ik nog een keer remmen op de meest lastige kruising van de zuinigheidsroute. Daarna was het domweg consolideren en uitrijden tot aan Katwijk-Binnen. Na wat rekenwerk kwam ik uit op een verbruik van 1:20,4 en dat is niet best in vergelijking met de zeer nette 1:31,7 van de Fiat 500C TwinAir. Verder is deze 1:20,4 heel ver verwijderd van het door de fabrikant opgegeven verbruik van 1:26,3.

Sjieke kleine auto
Ondanks het absurd hoge verbruik heb ik toch veel lol gehad in de Lancia Ypsilon. Ik vind de Lancia sowieso de mooiste van alle stadsauto’s, maar ja het is ook één van de duurste dus schoonheid heeft zijn prijs. De ritjes op en neer naar werk waren minder sjiek, qua rijstijl dan bedoel ik. Omdat het TwinAir motorblok onderin weinig sjoege geeft, kon ik weinig anders dan stevig gas geven en toeren maken. Dat enthousiast gas geven resulteerde regelmatig in heerlijk onderstuur, waardoor ik over de voorwielen glijdend door de bochten en over de rotondes reed. Het is vooral aan de 16-inch Michelin Pilot Sport3 banden te danken dat de Lancia Ypsilon toch goed grip blijft houden. Eén keer had ik wel even zoiets van please blijf grip houden. Dat was toen ik op de koeienrotonde bij Leiderdorp de buitenring pakte om een andere auto in te halen. Ik gaf stevig gas op het moment dat ik de rotonde afkwam en toen begon de Lancia Ypsilon wel heel erg te glijden. Een seconde later en een heel groot adrenaline-shot verder reed ik netjes de rotonde af.

De besturing voelt niet erg direct aan maar past wel goed bij deze auto, net als de remmen die krachtig en goed doseerbaar zijn. De koppeling grijpt ook mooi aan en gaat lekker licht, wat samen met de goed schakelende versnellingsbak (iets kortere schakelwegen had wel gemogen) ervoor zorgt dat de bestuurder zich snel thuis voelt in deze ook aan de binnenkant fraai uitziende “New Lancia Ypsilon”. Het interieur is netjes afgewerkt en met name de middenconsole met de tellers daar recht boven (in plaats van voor de neus van de bestuurder) ziet er sjiek en apart uit. Wat ik verder heel erg sjiek vind zijn de verschillende prints van de stoelbekleding. Maar de stoelen zien er niet alleen sjiek uit, ze zitten ook uitstekend wat uitzonderlijk genoemd mag worden voor zo’n kleine auto. De zitruimte voor de passagiers op de achterbank is trouwens ook niet verkeerd, net als de bagageruimte.

Andere auto, zelfde merk, zelfde type
Omdat ik zeker wilde weten dat het hoge verbruik niet exemplarisch is heb ik gevraagd of ik nog een ochtend een andere Lancia Ypsilon 0.9 TwinAir mee kon krijgen. Dat bleek geen enkel probleem te zijn en dus mocht ik een week later op vrijdag nog een keer aan de bak voor een zuinigheidsrit. Die zuinigheidsrit moest ik echter wel in de omgekeerde richting rijden, want om nou eerst vanuit Lijnden helemaal naar Katwijk te rijden en dan Zandvoort vice versa en dan weer terug naar Lijnden vond ik een beetje onzin. Ik ben dus gestart en geëindigd op de boulevard van Zandvoort bij de onbemande benzinepomp naast het circuit. Ik wist echt niet wat ik kon verwachten van deze zuinigheidsrit en begon vol goede moed. Ik weet achteraf niet eens meer hoeveel keer ik heb moeten remmen, maar het is vast en zeker een keer of 4 à 5 geweest. Eenmaal terug in Zandvoort schrok ik me helemaal te pletter van het belachelijk hoge verbruik van 1:17. Dat is nog weer slechter dan de 1:20,4 met die andere Lancia Ypsilon. Ik weet het nu echt helemaal niet meer, het is nu dus rustig afwachten of Ronald een verklaring gaat vinden voor dit absurd hoge verbruik.

Specificaties

Jaargang

2011

Carrosserie

Stadscombi

Transmissie

Handgeschakeld

Aantal deuren

5 deuren of meer

Brandstof

Benzine

Type motor

Otto

Aantal cilinders

2

Acceleratie (0-100/sec)

11,9 seconden

Topsnelheid

176km/u

Vermogen

62,5(85)/5.500 kW (pk)/rpm

Koppel

145/2.000 nm/rpm

Cilinderinhoud

0.9/875 liter

Kleppen per cilinder

4

Turbo

Turbo

Aandrijving

Voorwielaandrijving

Remmen voor

Geventileerde schijven

Remmen achter

Schijven

Draaicirkel

9,4 meter

Overig

Type bekleding

Leer

Velgen

16-inch

Milieu en veiligheid

Verbruik

 

Bebouwde kom

5,0 liter/100 km

Snelweg

3,8 liter/100 km

Gemiddeld verbruik

4,2 liter/100 km

C02 uitstoot

99 gram/km

Energielabel

A

Afmetingen

Lengte

3.842 mm

Breedte

1.676 mm

Hoogte

1.520 mm

Wielbasis

2.390 mm

Spoorbreedte voor

1.422 mm

Spoorbreedte achter

1.414 mm

Massa leeg

950 kg

Laadvermogen

560 kg

Aanhanger geremd

750 kg

Aanhanger ongeremd

400 kg

inhoud bagageruimte

245 liter

Bandenmaat

195/45-R16

Kosten aanschaf

Kosten gebruik per maand